Dit is een foto van de top van een ijsberg. Hiernaar kijkend is het bijna onmogelijk om ons voor te stellen dat iets zo onbelangrijks, dat meer lijkt op piepschuim dat in de zee drijft, een tragedie kan veroorzaken, zoals bij de ondergang van de Titanic, dat leven van meer dan 1.500 mensen nam, toen hij de scheepsromp openhaalde, de klinknagels onder de waterlijn van 90m onder water kon loshaalde, waardoor er water in de voorzijde van het schip kon komen, en zo het begin inluidde van de schipbreuk die voor altijd de geschiedenis in zou gaan.
De mastbewakers van de Titanic zagen de ijsberg pas toen ze er recht voor waren met het schip. Zij schreeuwden, maar helaas was er niet genoeg tijd om het grote blok ijs te omzeilen.
Wat heeft dit met ons te maken?
In onze koers door de zee van het leven, toont en begeleidt de Heilige Geest ons altijd de weg om de top van de ijsberg (de zonde), die ons, als wij niet opletten, doet vallen in het geloof, te omzeilen. Normaal gesproken zijn het “de kleine vossen die de wijngaarden bederven”, dingen die ogenschijnlijk ongevaarlijk lijken, die soms door de duivel, de wil van het vlees en de omstandigheden van het leven ons presenteren. Als er geen standvastige en constante alertheid is van onze kant, in wat wij denken, zien, zeggen, horen en voelen, kunnen wij zo dicht bij de ijsberg (zonde) komen, dat het niet meer mogelijk zal zijn om het te omzeilen, en daar zal de tragedie onvermijdelijk zijn. Als u in de verte de top van de zonde ziet, doe dan zoals Job deed:
“…en die man was vroom en oprecht, godvrezend en wijkende van het kwaad” (Job 1:1).
Om zijn integriteit, zijn oprechtheid en vrees voor God te behouden, handelde hij als volgt: wanneer hij de zonde dichterbij zag komen, bleef hij niet om het te zien, maar hij vluchtte voor wat er slecht uitzag. Jozef handelde ook zo, hij vluchtte voor de zonde toen hij werd aangevallen door de verleiding van de vrouw van Potifar, hoveling van de farao, koning van Egypte. Jozef wist dat als hij het niet zou weerstaan, dit tragische gevolgen zou hebben voor zijn leven, het meest verschrikkelijke zou het verlies van zijn gemeenschap met de Allerhoogste zijn. Koning David had niet dezelfde waakzaamheid.
“Op zekere avond stond David van zijn rustbed op en wandelde op het dak van het paleis, en hij zag van het dak af een vrouw, bezig zich te baden; en die vrouw was zeer schoon van uiterlijk” (2 Samuël 11:2).
Wetende dat zij de echtgenote van een van zijn soldaten was, keerde hij zich niet af van het kwaad en, hoewel hij door de Heer werd vergeven nadat hij oprecht berouw toonde, moest hij een hoge prijs betalen voor zijn zonde.
Vele collega’s in de strijd, helpers, pastors, bisschoppen en christenen in het algemeen, die op een dag aan onze zijde tegen de hel streden, wandelen nu richting de diepten van de oceaan (de hel), anderen zijn daar al, omdat zij de top van de ijsberg zagen en het niet omzeilden.
Dit veroorzaakt veel vrees en beven voor ons.
We volgen het advies dat de Heilige Geest aan Timoteüs gaf door middel van apostel Paulus:
“Deze opdracht vertrouw ik u toe, mijn kind Timoteüs, overeenkomstig de profetieën, die vroeger aangaande u zijn uitgesproken, opdat gij, u daarnaar richtend, de goede strijd strijdt 19met geloof en met een goed geweten. Omdat sommigen dit hebben verworpen, heeft hun geloof schipbreuk geleden” (1 Timoteüs 1:18-19).
Denk na!
God zegent jullie!
Zie het moment van de tragedie:
Met dank aan: bisschop Sergio Corrêa