Wat is de kans om uit de hel te komen?
Niemand ging of gaat naar de hel vanwege Gods wil. In tegendeel, God heeft alles gedaan om te voorkomen dat de mensen daar eindigen.
Weinig mensen weten dat de hel de woonplaats is van de onrechtvaardigheid. Alles wat onrechtvaardig is, is zondig en alles wat zondig is, is onrechtvaardig.
God is Rechtvaardigheid en kan, zodoende, dus niet de onrechtvaardigheid of diens woonplaats hebben gecreëerd.
De opstand tegen de Rechtvaardigheid heeft ervoor gezorgd dat het kwaad uit de Heilige Plaats, ook wel de Plaats van Rechtvaardigheid, werd verdreven. Toen hij eenmaal werd verdreven, schiep het kwaad zijn eigen woonplaats, genaamd de hel.
Wie zijn de inwoners van die plaats?
Satan, zijn demonen en alle onrechtvaardige mensen. Allen die in de onrechtvaardigheid of in de zonde leven gaan meteen naar de plaats van onrechtvaardigheid, oftewel de plaats van de zonde: de hel.
Wat is de kans voor degenen die in de hel zijn om gered en behouden te worden?
Er is geen enkele kans.
Zoals het geschreven staat: “En zoals het de mensen beschikt is, éénmaal te sterven en daarna het oordeel” (Hebreeën 9:27) NBG ’51.
Wat is de enige kans voor de levenden om niet daar te eindigen, aangezien allen zondigen?
Wanneer de zondaar, voordat hij sterft, door het geloof Jezus als Énige Heer en Redder erkent en daarbovenop in gehoorzaamheid aan Zijn Woord leeft, dan wordt hij gerechtvaardigd. Dat houdt in dat hij vergeven is en zijn naam geschreven staat in het Boek van het Leven.
Ten slotte kan geen enkele schuldige persoon of onrechtvaardige in de Heilige Plaats van God, de hemelen, kunnen komen…
“Maar Abraham zeide: Kind, herinner u, hoe gij het goede tijdens uw leven hebt ontvangen en insgelijks Lazarus het kwade; nu wordt hij hier vertroost en gij lijdt pijn” (Lucas 16:25) NBG ’51.
In eerste instantie doet de interpretatie van de tekst ons denken dat degenen die op Aarde lijden, beloond zullen worden met de behoudenis, en degenen die een goed leven leiden op Aarde bestraft zullen worden in de hel.
Maar dat is niet zo.
Deze rijke man ging naar de hel, omdat hij op zijn rijkdom vertrouwde. Hij had niets te maken met het Abrahamische geloof en verachtte de Wet (Gerechtigheid) van God, hoewel hij er kennis van had. Hij kende de geschiedenis van Abraham en, zodoende, van zijn God.
Rijk zijn wil niet zeggen dat men onrechtvaardig is. Er zijn rechtvaardige rijken, zoals er ook onrechtvaardige armen zijn.
Feit is dat de rijkdommen bij kunnen dragen aan het goede of het kwade; voor de behoudenis of de verdoemenis. Het hangt van een ieder zelf af.
Abraham, Isaak, Jakob en alle helden van geloof in het verleden waren rijk. Dit weerhield hun er niet van om een relatie met God te hebben.
Jezus leerde dat waar de schat is, men daar ook het hart kan vinden (zie Matteüs 6:21).
Het gevaar van de rijkdom is dat men zijn hart daarop vestigt. In feite dient het hart op niets en niemand anders dan de Here Jezus Christus gevestigd te worden. De reden dat deze rijke man naar de hel ging ligt aan het feit dat zijn hart op zijn rijkdom vertrouwde.
“Zo zegt de HERE: De wijze roeme niet op zijn wijsheid, en de sterke roeme niet op zijn kracht, de rijke roeme niet op zijn rijkdom, maar wie roemen wil, roeme hierin, dat hij verstand heeft en Mij kent, dat Ik de HERE ben, die goedertierenheid, recht en gerechtigheid op aarde doe; want daarin heb Ik behagen, luidt het woord des HEREN” (Jeremia 9:23-24) NBG ’51.
Bisschop Edir Macedo