ManA
Stel u zich nu eens de pijn van een kind voor die, vanwege de beslissing van zijn ouders om te scheiden, ver moet leven van zijn moeder of vader, van wie hij zoveel houdt. Deze pijn is echter niet te vergelijken met de pijn van iemand die ooit een gemeenschap met God had en dat niet meer heeft.
Satan’s grootste pijn, die later in woede veranderde, is niet de hel of de poel van vuur, die voor hem werden voorbereid; het is het feit dat hij uit de hemel werd gegooid zonder ooit van Gods vriendschap en aanwezigheid te kunnen genieten .
“En de grote draak werd (op de aarde) geworpen, de oude slang, die genaamd wordt duivel en de satan, die de gehele wereld verleidt; hij werd op de aarde geworpen en zijn engelen met hem… Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u nedergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft” (Openbaring 12:9-12) NBG ’51.
Daarom, om God terug te pakken, werkt hij onophoudelijk en gehaast om zoveel mogelijk zielen naar de hel te leiden, een plaats die voor hem en zijn engelen bereid was.
Tijdens de Speciale Diensten van Verzoening zijn we mensen tegen gekomen die God ooit dienden als helpers, pastors, assistent
pastors, maar vandaag de dag zijn zij in een situatie dat ze gescheiden zijn van de Here Jezus. Deze mensen zijn in een staat van kwelling, angst, en vooral, pijn, omdat ze constant aan het volgende herinnerd worden:
“Toen Hij zijn lamp boven mijn hoofd deed schijnen, ik in de duisternis wandelde bij zijn licht; zoals ik was in de bloeitijd van mijn leven, toen Gods vertrouwelijke omgang in mijn tent toefde” (Job 29:3-4) NBG ’51.
Naarmate de tijd verstrekt dienen wij, helpers, leden, pastors, bisschoppen en vrouwen van pastors, allemaal het oneindige voorrecht te waarderen van het feit dat wij kunnen genieten van Gods aanwezigheid, liefde en genade in onze levens. Het moet heel triest, verontrustend en kwellend zijn om gescheiden te leven van onze Heer en Redder Jezus Christus; om te leven met een innerlijke leegte. Alleen degenen die Hem hebben verlaten, kunnen deze situatie beschrijven.
En wat kunnen we zeggen over de tweede dood? Aangezien de eerste dood verwijst naar de scheiding tussen het lichaam en de ziel, iets wat we op een dag allemaal zullen meemaken, is de tweede de eeuwige scheiding tussen de ziel en God.
“En de dood en het dodenrijk werden in de poel des vuurs geworpen. Dat is de tweede dood: de poel des vuurs. En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs.” (Openbaring 20:14-15) NBG ’51.
Het is beangstigend om de pijn voor te stellen van de mensen die de hel ingaan, bewust dat ze voor eeuwig gescheiden zullen worden van Jezus, Degene die Zichzelf als een Offer gaf en Zijn bloed aan het kruis vergoot om hun te redden van deze gruwelijke toekomst, en zij wezen Hem af.
Dat God het verhoede!
“Daarom moeten wij te meer aandacht schenken aan hetgeen wij gehoord hebben, opdat wij niet afdrijven” (Hebreeën 2:1) NBG ’51.
God zegent u.
Met dank aan: Bisschop Sérgio Correia