oferta-706x432“Gij dwazen en blinden, wat toch is meer, het goud of de tempel, die het goud geheiligd heeft?” (Matteüs 23:17)
Is God, wanneer de offerandegever naar de Tempel of de Kerk gaat, bezorgd om het goud van degene die geeft of om wat het vertegenwoordigt?
“Gij blinden, immers, wat is meer, de gave of het altaar, dat de gave heiligt?” (Matteüs 23:19)
Is God, wanneer de offerandegever het Altaar bestijgt, bezorgd om zijn offerande of om wat het vertegenwoordigt?
Wat vertegenwoordigt de Tempel? De Kerk van de Here Jezus Christus;
Wat vertegenwoordigt het Altaar? Het vertegenwoordigt de Allerhoogste God;
Wat vertegenwoordigt het goud? Het goud vertegenwoordigt de ZIEL van de toegewijde offerandegever in de Kerk;
Wat vertegenwoordigt de offerande? De offerande vertegenwoordigt de ZIEL van de toegewijde offerandegever op het Altaar.
God is Geest. En heeft de Geest van God (Geest van het Altaar) behagen in een fysieke offerande? Zou het dat de Geest van God gebruik maakt van goud, geld of fysieke offerandes?
Is de GEEST VAN HET ALTAAR niet juist geïnteresseerd in de ZIEL van de offerande (ziel van de offerandegever)?
Het is de Geest van de Tempel – de Heilige Geest – Die HET GOUD HEILIGT;
Het is de Geest van het Altaar – de Heilige Geest – Die DE OFFERANDE HEILIGT.
Daarom is, zoals in de Tempel/Kerk de aanwezigheid van de Heilige Geest is om Zijn volk te consecreren, ook de ziel van de offerandegever in het goud/de offerande.
De offerande wordt door de HEER afgewezen wanneer daarin niet de ziel of het leven zit, een voorbeeld hiervan is het offer van Kaïn.
Onze God is de Levende God; de Here Jezus is de Levende God; de Heilige Geest is Levend. HOE ZOU HIJ EEN OFFERANDE ZONDER LEVEN of ZONDER ZIEL ACCEPTEREN?
En zou degene, die niet gelooft dat het Altaar God symboliseert, de moed hebben om te offeren?
Wie heeft de moed om te investeren in hetgeen waar hij niet in gelooft?
Wanneer de offerandegever zijn ziel op het Altaar offert is dat omdat er de overtuiging is dat het Altaar terug zal keren met Zijn Geest.
“Weet gij niet, dat zij, die in het heiligdom de dienst verrichten, van het heiligdom eten, en zij, die het altaar bedienen, hun deel ontvangen van het altaar?” (1 Korinthiërs 9:13)
Bisschop Edir Macedo