coreto165“Zodra Salomo zijn gebed geëindigd had, daalde vuur uit de hemel neer en verteerde het brandoffer en de slachtoffers; en de heerlijkheid des HEREN vervulde het huis” (2 Kronieken 7:1).
Wanneer wij peinzen over het feit dat het de slachtoffers en de brandoffers waren die het vuur en de glorie van de Heer deden neerdalen, zoals wij hebben geleerd gedurende deze dagen, dan begrijpen wij waarom het UKGR Centrum het verschil maakt in de gehele wereld: omdat het UKGR Centrum één vuur is, één Geest, één geloof.
Het is niet de pracht van de kathedralen, noch de communicatienetwerken of het vermogen om veel mensen bijeen te brengen, maar het simpele feit dat een man de Here Jezus leerde kennen en zijn leven overgaf op het altaar als een “levend, heilig en aangenaam offer aan God”. Dit deed het vuur neerdalen in de muziekkiosk, in het oude uitvaartcentrum, in Abolição, Duque de Caxias, Padre Miguel, Brazilië en in de gehele wereld.
Vandaag de dag hoeft deze man niet per sé fysiek aanwezig te zijn bij deze plaatsen om het vuur te doen neerdalen. Bijeenkomsten worden door andere pastors en bisschoppen gehouden, maar ook zij brengen het “levend offer” op het altaar, het vuur daalt neer en de glorie van God wordt zichtbaar.
Zo dienen wij te zijn, want als wij “levende offers” worden, dan maken de materiële condities van onze kerk niets uit, het vuur van God zal neerdalen en allen zullen Zijn glorie kunnen zien door middel van de behoudenis, de nieuwe geboorte, genezingen en wonderen in het leven van het volk. Niet vanwege onze charisma noch vanwege ons vermogen, maar vanwege het feit dat wij ons leven op het altaar hebben geofferd. Wij dienen te begrijpen dat het niet helemaal niets baat als wij in een kathedraal, provincie of land zijn die over alle mogelijke condities beschikt, als wij niet dit “levend offer” zijn. Er zal daar geen vuur zijn en de glorie van God zal al helemaal niet te zien zijn in die plaats. En wie zal daarvan het dupe zijn? Het volk.
“Ik vermaan u dan, broeders, met beroep op de barmhartigheden Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levend, heilig en Gode welgevallig offer: dit is uw redelijke eredienst” (Romeinen 12:1).
Laten wij allen dit voorbeeld volgen. Als wij allen dit “levend offer” zijn, dan zullen wij de glorie van God in onze bediening zien, waar wij ook maar onze voeten plaatsen. Als wij niet dit “levend offer” zijn, dan zullen wij niet de glorie van de Heer in onze bediening zien noch in elk ander gebied van ons leven.
Dat God jullie zegene!
Met dank aan: bisschop Sérgio Correia