“Hoe zal ik de HERE vergelden al zijn weldaden jegens mij?” (Psalmen 116:12) NBG ’51.
Voordat ik antwoord, vraag ik me af: wat heb ik om te geven?
Een wervelwind van gedachtes komt meteen op.
Wat is het meest kostbare dat ik heb, dat in staat is om mijn dankbaarheid te tonen?
Het gehele leven.
De volgende vers antwoordt het volgende:
“De beker der verlossing zal ik opheffen, ik zal de naam des HEREN aanroepen” (Psalmen 116:13) NBG ’51.
De beker van verlossing opheffen houdt in dat ik zonder deze beker hopeloos verloren.
Jezus is de Beker van Verlossing en Hij biedt Zijn Geest aan, aan degenen die verloren zijn.
Wie wil?
Nadat u deelneemt aan Deze Beker, dan kunt u Zijn Naam aanroepen en u zult beantwoord worden.
“Mijn geloften zal ik de HERE betalen, in de tegenwoordigheid van al zijn volk” (Psalmen 116:14) NBG ’51.
Na de berouw en oprechte overgave volgt de betaling van de geloftes. Niet alleen maar de economische geloftes, maar boven alles de geloftes van gehoorzaamheid aan Zijn Woord.
Deze drie stappen van het bovennatuurlijk geloof zijn het meest kostbare wat ik heb om de Heer aan te bieden voor al Zijn weldaden jegens mij.
Zodoende, maak ik van mezelf een schat van Zijn Persoonlijke Schat.
Godzijdank!
Bisschop Edir Macedo