Op een bepaald moment in mijn leven, begon ik erg last te krijgen van gezondheidsklachten. Dit ging zo lang door…

 

Op een bepaald moment in mijn leven, begon ik erg last te krijgen van gezondheidsklachten. Dit ging zo lang door dat ik besloot om naar de huisarts te gaan.

Vanwege mijn klachten kreeg ik van de huisarts te horen dat ik doorverwezen moest worden naar het ziekenhuis. Daar werd ik opgenomen en werden er meerdere onderzoeken gedaan. In eerste instantie wist men niet precies wat er aan de hand was, maar nadat de uitslagen van de onderzoeken bekend waren, kreeg ik te horen dat ik een hartritmestoornis had.

Mijn hart pompte het bloed niet goed door, wat gezondheidsklachten veroorzaakte. Toen ik dit te horen kreeg werd ik erg boos, niet op de artsen, niet op de mensen, maar op de situatie. Ik kon die situatie gewoonweg niet kon accepteren.

Mijn moeder was gestorven aan de gevolgen van een hartritmestoornis. Ik  kon niet accepteren dat ik dezelfde weg zou bewandelen, omdat ik zelf ook een moeder was en kinderen had die op mij rekenden. Mijn leven hierdoor laten beperken was voor mij simpelweg geen optie.”

DE UKGR. “Na het horen van dit nieuws was de UKGR de eerste plaats waar ik naartoe ging. Ik was al bekend met de UKGR en had daar, voordat ik ziek werd, al meegekregen dat er een oplossing bestaat voor de problemen in het leven die onmogelijk leken.

Met dit in het achterhoofd had ik de zekerheid dat deze ziekte mijn leven niet zou beheersen, maar dat ik een ommekeer zou kunnen maken. Ik geloofde dat God mij kon helpen en hield dit geloof ook vast.

Ik sprak met de pastor over mijn situatie en begon met regelmaat de bijeenkomsten in de UKGR bij te wonen. Vooral de dienst van dinsdag gericht op de gezondheid. De steun en begeleiding die ik daar ontving, heeft mij veel geholpen. Elke keer dat ik ging, putte ik kracht en hoop uit de bijeenkomsten en positieve woorden die ik daar meekreeg.”

EEN GEZOND HART. “Vanwege de ziekte liep ik bij een specialist en die gaf mij een optie. Er kon een pacemaker bij mij worden geplaatst, wat inhield dat er een chip bij mijn hart zou komen, waardoor de artsen in de gaten konden houden hoe mijn hart functioneerde. Deze pacemaker moest ik 2 jaar lang inhouden. Ik bleef positief en besloot, na overleg met mijn familie en goed te hebben nagedacht, gehoor te geven aan de advies van de arts om de pacemaker te laten plaatsten.

Ik onderging de operatie, maar bleef het geloof gebruiken en ook vertrouwen op God dat mijn hart weer goed zou functioneren. Na een tijd ging ik terug naar de arts en na een gesprek, en onderzoek werd besloten dat mijn pacemaker er eerder uit mocht omdat het goed ging. In plaats van 2 jaar mocht het er al na 6 maanden eruit.

Vandaag, 7 jaar later, heb ik geen klachten meer gehad. Sinds de pacemaker eruit is, functioneert mijn hart perfect op zichzelf. Ik ben erg blij en leid een heel gezond leven.”

Fernanda Taveres