300Met grote moeite en offer koopt u een nieuwe auto en wanneer u de auto wilt rijden start hij niet.
Hoe zal uw reactie zijn?
Zult u passief in gebed en vasten gaan om dat probleem op te lossen, of zult in opstand komen en uw rechten claimen?
U werkt heel hard gedurende een maand, maar wanneer het tijd is om uw salaris op te vragen, zegt uw baas tegen u dat hij geen geld heeft om u te betalen.
Wat zult u doen?
Zult u bij God klagen of naar de rechtbank gaan?
Natuurlijk zult u voor de tweede optie kiezen.
Waarom?
Omdat u zich bewust bent van uw rechten en niet accepteert om belazerd, misleid of bestolen te worden, toch?
U vervult uw deel van het verbond met God.
U vervult uw plichten als een dienaar, gehoorzaamt Gods geboden, bent trouw in uw tienden en offerandes, behoudt een rein geweten enz. Maar op het moment om uw familie te voorzien van het dagelijks brood, is er geen geld.
Het lijkt alsof de vensters van de Hemel nog gesloten zijn voor u.
Wat zal uw reactie zijn?
Zult u wachten totdat de zegens uit de hemel zullen vallen of zult u ze vereisen van Degene die ze heeft beloofd?
Het is juist op dit moment dat uw geloof begint te koken en u dringt om te handelen.
In een vlaag van woede en opstand tegen de armoede pakt u de Bijbel en u gaat voor alles of niets, leven of dood en, moedig, vereist u de vervulling van hetgeen beloofd werd door de Heer.
Maar één ding accepteert uw geloof niet: om hetzelfde kleine leven te leiden. Per slot van rekening heeft de maag geen geduld.
Deze reactie is de meest pure uitdrukking van geloof.
Ik geloof dat God heeft toegelaten dat Zijn volk onrechtvaardigheid leidt zodat zij juist het geloof zullen gebruiken voor hun rechten, niet zodat ze vergeten worden vanwege religieuze gewoontes.
Als het veroveren van het Koninkrijk van de Hemelen wordt gedaan door middel van een geloof dat offert en agressief is, dan veronderstel ik dat dat ook geldt voor de andere zegens.
“Sinds de dagen van Johannes de Doper tot nu toe breekt het Koninkrijk der hemelen zich baan met geweld en geweldenaars grijpen ernaar” (Matteüs 11:12) NBG ’51.
Bisschop Edir Macedo